top of page

Het bakje

Mijn kinderen keken me aan. Vol ongeloof volgden ze mijn bewegingen en mijn handelingen.
Het deksel lag los, omdat de inhoud allang niet meer op het bijbehorende, onderliggende bakje paste.
Elke keer als ik het nodig had dan dacht ik bij mezelf ‘ik moet het toch maar eens uitmesten, de volgende keer’.
En, hoewel het nu “de volgende keer” was, had ik niet enige intentie om er ook maar iets onbruikbaars uit te halen en weg te gooien, zodat het deksel straks wel zou sluiten.
Ondanks het feit dat ik me volledig concentreerde op mijn taak, kon ik de jongste horen zeggen: ”kijk, papa doet weer wat ze voor de oorlog ook deden.”
“Nee, niet alleen voor de oorlog, daarna ook nog wel hoor. Maar toen was papa zelf nog maar een kindje.”
De tweede, die bijna negen is, verbeterde de kleinste van vier.
Nou ja, verbeteren.
Ik ben pas vijftig, dus de oorlog was zelfs ver voor mijn tijd. Maar goed, hij had in ieder geval al iets meer tijdbesef dan de kleinste.
Ik grinnikte toen ik opkeek en drie paar ogen op me gericht zag.
“Pap,” vroeg de oudste van elf, “doe je straks die van mij ook, als je met die van jou klaar bent?”
“Maar jongen jouw schoenen kun je helemaal niet poetsen. Geen van jullie schoenen kunnen gepoetst worden.”
“Gelukkig, dan hoef ik dát in ieder geval niet te leren, schoenen poetsen. Kunnen ze gewoon bij het afval.”
Mijn ex-vriendin en ik zijn blij dat we hen hebben opgevoed om blij te zijn met kleine dingen. Nu moeten ze nog leren om daar zuinig op te zijn.
We komen er wel.

15-2-2015

bottom of page